Slechte overnameformule
Net voor de bouwvakvakantie kwam ik Piet tegen. Hij vertelde mij dat hij zijn bedrijf recentelijk had verkocht. De koper was een privépersoon, die volledig bij zijn bedrijf paste. Beroepsmatig vroeg ik hem hoe hij het had gedaan.
Dus welke overnameformule er was toegepast, omdat 95 procent van de privépersonen geen geld hebben voor het kopen van een bedrijf. Als ze al 100 duizend euro hebben, dan is dat al zeer uitzonderlijk.
De formule was als volgt: De man koopt bij aanvang 40 procent van de aandelen en de komende vijf jaar is ook 40 procent van de winst voor de koper. Door het op een aparte rekening te zetten, kan hij de 40 procent aandelen betalen. Dus de waarde van 40 procent van de aandelen is 5 keer 40 procent van de winst.
“Klinkt goed, maar hoe nu verder”, was mijn eerste reactie. Na vijf jaar moet de man de overige 60 procent kopen met dezelfde formule en tegen de gemiddelde winst van de laatste 5 jaar. Ik vroeg hem wie dit bedacht had. “Mijn accountant”, was zijn antwoord. Mijn reactie was een domper voor hem: “Hoe kun je zo’n slechte overnameformule verzinnen.”
Piet was helemaal verbouwereerd. Ik legde hem mijn reactie uit. De man zal zichzelf ‘straffen’ als hij winst gaat maken. Stel hij maakt helemaal geen winst (wat het best voor hem is!). De eerste 40 procent koopt hij voor 40 procent x 0 eruro winst x 5 jaar = nul euro en na deze vijf jaar koopt hij dan de resterende 60 procent aandelen ook voor nul euro. Er is namelijk geen winst gemaakt.
Lezers: Toetst elke overnameformule op het feit of er sprake is van belangenverstrengeling tussen koper en verkoper. Alles wat er gebeurt moet een gezamenlijk succes hebben.
Richard olde Hartman, directeur Olde Hartman Advies, overnamespecialist in de bouwnijverheid.
Discussie zien we graag op Aannemervak, maar wel met respect voor elkaar. Wij vragen daarom om onder volledige naam te reageren. Lees onze andere regels voor discussie hier. Met het plaatsen van een reactie verklaart u zich akkoord met deze regels.