Nooit meer leidingsleuven frezen

Bouwblokken in het BOB-in-systeem van Masterwall zijn standaard voorzien van aaneengesloten verticale kanalen die in verbinding staan met een prefab kabelgoot. Leidingsleuven frezen in afgewerkte wanden hoeft hier niet meer.

Het consortium CasaVita bouwt in opdracht van Woningcorporatie Portaal op de Waalsprong zeven zogeheten niaNesto-woningen. In deze prijsvraag van de corporatie hebben vijf bouwteams met hun concept de gelegenheid gekregen snel én goedkoop een energienotaloze woning te bouwen. Het doel van niaNesto: duurzame sociale woningbouw, energierekeningloos en vol keuzemogelijkheden voor de huurders. Door ketensamenwerking kon voor een bouwsom van 95.000 euro een volwaardige rijtjeswoning zonder energierekening worden gebouwd. Klaassen Bouwmaatschappij uit Dinxperlo, ERS/Raaklein architecten, de installatiebedrijven Kremer (E) en Van Losser Installatiegroep (W), en cascobouwer Masterwall werkten in het consortium CasaVita op basis van lean-bouwen met elkaar aan de zeven rijtjeswoningen, die door de uitgekiende voorbereiding en prefabricage een uitvoeringstijd van slechts 64 werkdagen hebben, met wel een ‘traditioneel’ casco.

Prefab leidingkanelen

Het hier voor het eerst opgeleverde BOB-in-systeem is ontstaan uit een samenwerking tussen Boeve Afbouw, Kremer Installatietechniek en Niko. In alle dragende kalkzandsteen- en niet-dragende gibo-blokken zijn prefab verticale leidingkanalen aangebracht met een vaste steekmaat van 125 mm. De wanden worden opgebouwd op speciaal gefabriceerde kimblokken, waarin een sparing is gemaakt die fungeert als kabelgoot voor de complete woningen. Hierdoor ontstaat in het casco achter de afgewerkte wand een vrij in te delen systeem van geprefabriceerde loze leidingen voor elektra, domotica en data vanuit de verdeelkast. De goot wordt afgewerkt met een afneembare mdf-plint. De woningscheidende blokken hebben dezelfde isolatiewaarden als traditionele kalkzandsteenblokken.

Afmonteren

Twee weken voor oplevering hebben de huurders in Nijmegen met stickers aangegeven waar ze elektra en data wensen. De dozenboor raakt altijd een kanaal, waarna de kabels kunnen worden doorgevoerd en aangeknepen aan de plintkabel met elektra of data. Kremer ontwikkelde hiervoor een speciale flatcable (elekra/data/beeld/geluid/domotica) met bijbehorende verbindingsblokjes. Omdat er geen wandsleuven meer gezaagd hoeven te worden voor de dozen, gaat het afmonteren van wandcontactdozen en schakelaars snel, effectief en klantgericht. Het wijzigen van functies bij mutaties kan door enkel een nieuwe doos te boren met een gatenboor en kabels door te voeren. Eventuele lichtpunten in het plafond kunnen niet meegenomen worden in het prefab-concept, tenzij deze op plafondhoogte met een zichtbare kabelgoot worden aangebracht.

Kostenbesparing

De flexibiliteit en kostenbesparing in de bouw doet de kleine meerprijs voor de blokken verbleken, aldus Jeroen Coppens van Kremer Installatietechniek. “De installateur is zelfs maar een paar keer op de bouw geweest.” Minder afval, handelingen en verkeersbewegingen, minder (faal)kosten en meer flexibiliteit voor de gebruiker zijn de grote voordelen van dit prijswinnende concept. Het BOB-in-systeem is eveneens toegepast bij de recent opgeleverde zes sociale energieneutrale koopwoningen in Nieuwleusen (ontwikkeld door Novitijd BV, uitvoering Aannemersbedrijf Tempelman).

Indaksysteem in één dag geplaatst

De rij woningen hebben allemaal het indak-warmtepompsysteem Hydrotop van Dutch Heatpump Solutions (DHS) in het dakvlak. Deze binnen/buitendeelcombinatie (5 kW, verwarmingsvermogen bij -10 °C nog 4,5 kW) werd eind 2012 geïntroduceerd. In deze lucht/waterwarmtepomp zijn binnen- en buitenunit in één behuizing samengebracht onder de schuine kap op zolder, die slechts 10 cm boven het dakvlak uitsteekt. De eigen regeltechniek van DHS stuurt het toerental van de compressor van het buitendeel aan. Het geïntegreerde concept won het op het gebied van welstand van de klassieke buitenunit. Het buitendeel zit nu aan de voorkant van de woning, onopvallend in het dakvlak. Volgens Wilhard Oldengarm, commercieel directeur van DHS, raken steeds meer ontwikkelaars en woningcorporaties, maar ook architecten en installateurs bekend met de technische en esthetische kwaliteiten van de Hydrotop. “Die integratie blijkt een gouden greep. Het ziet er fraai uit, maar ook de plaatsing gaat veel sneller. Installateurs hebben geen specifieke kennis van koudemiddelen nodig. De zeven toestellen in het project niaNesto hebben we samen met de installateur in één dag geplaatst. Ik zie dat met andere warmtepompsystemen niet zo snel gebeuren.”

Beeld: Eddy Buiting, Dutch Heatpump Solutions

Dit artikel verscheen in mei 2014 in het blad Aannemer. Klik hier voor een (proef)abonnement.