Aannemer 3 – 2020 – pag. 45

Als de plannen rondom de transformatie van een groot
industrieel pand bekend worden, is de opdrachtgever er
als de kippen bij. Hij weet een woning te bemachtigen,
maar neemt geen genoegen met het standaard ontwerp.
De oorspronkelijk twee verdiepingen tellende woning
wordt dan ook door de aannemer uitgebreid naar vier
verdiepingen. Ter hoogte van de trapbordessen realiseert
de vakman twee nieuwe entresolvloeren (nu de eerste en
de derde verdieping). Bij de oplevering ontstaat echter
discussie: de vrije ruimte tussen de vloer en de trappen
klopt volgens de opdrachtgever niet.

Vloerhoogtes
De aannemer zou geen rekening hebben gehouden
met de op elke verdieping (in eigen beheer) aan te
brengen vloerverwarming. De ruimte tussen de
bestaande vloeren en de trappen varieert nu tussen
de 7 en 9 cm, terwijl dit 5,5 cm moet zijn. De ruimte
tussen de nieuwe vloeren en de trappen is 1,5 cm. Niet
de beoogde 4,5 cm. Ook begint de trap op de derde
verdieping met de eerste trede op vloerniveau. De
woningeigenaar eist 10.500 euro voor het opnieuw
stellen van de trap van de begane grond en het ver-
vangen van de overige trappen.

Vloerverwarming?
De aannemer is met stomheid geslagen. Hij wist niets
van de wens van de opdrachtgever om op elke verdie-
ping vloerverwarming aan te brengen. En dus ook niet
dat hij een bepaalde vloerhoogte moest aanhouden.
Uit de door de klant geleverde tekeningen – het ont-
werp is gemaakt door een architect – wordt die extra
ruimte tussen de vloeren en trappen niet duidelijk.
Evenmin dat vloerverwarming zou worden aangelegd.
Dat laatste kan overigens nog steeds. Tijdens vervan-
ging van de trap van de begane grond naar de eerste
verdieping, die te smal was, heeft de opdrachtgever
ook helemaal niets gezegd over vloerverwarming.

De bestaande vloeren waren niet waterpas. Daarom
heeft hij een ruimte van 7 cm aangehouden. Op die
manier kon de opdrachtgever de vloer nog egaliseren.
Die nieuwe vloeren zijn waterpas aangebracht en hoef-
den dus niet te worden geëgaliseerd. Ten behoeve van
de vloerbedekking is daarom rekening gehouden met
een ruimte van 1,5 cm.

Kopersportaal
Kijkend naar de stukken constateert de arbiter dat de
partijen zijn overeengekomen dat de woning casco
wordt opgeleverd. De opdrachtgever heeft de aanne-
mer bovendien meerwerk opgedragen. Uit de tekenin-
gen behorende bij dit meerwerk blijkt niet dat de aan-
nemer te maken zou krijgen met afwijkende
vloerhoogtes in verband met vloerverwarming. Sterker
nog: geen enkele afspraak daarover is vastgelegd in
het digitale kopersportaal. De tool waarmee opdracht-
gever en aannemer communiceerden. Er is niet aange-
toond dat hierover op een andere manier afspraken
zijn gemaakt.

In de verklaring van de aannemer over de toegepaste
hoogteverschillen tussen de trappen en de bestaande
en nieuwe vloeren kan de arbiter zich helemaal vin-
den. Die zijn ook allemaal vastgelegd in het kopers-
portaal. En dat de eerste traptrede op de derde verdie-
ping gelijk met de vloer ligt? Dat komt door de vrije
hoogte en is geen verdere discussie waard.

De opdrachtgever heeft zijn gelijk niet kunnen halen.
Omdat het hier om een garantiegeschil gaat, betaalt
hij 365 euro van de proceskosten à 4.995,79 euro.

Bij de realisatie van twee nieuwe vloeren houdt de aannemer geen
rekening met afwijkende vloerhoogtes. Waarom zou hij ook? De
opdrachtgever heeft zijn wens om op elke verdieping
vloerverwarming te kunnen aanbrengen, nooit gecommuniceerd.

‘Vloerverwarming? Waar komt
dat opeens vandaan?’

Onvoldoende

45nr. 3 – Mei 2020 Aannemer

44-45_arbitrage.indd 45 01-05-20 13:36

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Met deze wekelijkse nieuwsbrief blijf je op de hoogte van de laatste ontwikkelingen in de bouw.