Aannemer 5 – 2020 – pag. 57

Net voor de bouwvakvakantie kwam ik Piet tegen. Hij vertelde mij dat hij zijn
bedrijf recentelijk had verkocht. De koper
was een privépersoon, die volledig bij
zijn bedrijf paste.
Beroepsmatig vroeg ik hem hoe hij het
had gedaan. Dus welke overnameformule
er was toegepast, omdat 95% van de
privépersonen geen geld heeft voor het
kopen van een bedrijf. Als iemand al
100 duizend euro heeft, dan is dat zeer
uitzonderlijk.

De formule was als volgt: de man koopt
bij aanvang 40% van de aandelen en de
komende vijf jaar is ook 40% van de
winst voor de koper. Door deze op een
aparte rekening te zetten kan hij de 40%
aandelen betalen. Dus de waarde van
40% van de aandelen is vijf keer 40% van
de winst.
“Klinkt goed, maar hoe nu verder”, was
mijn eerste reactie. Na vijf jaar moet de
man de overige 60% kopen met dezelfde
formule en tegen de gemiddelde winst
van de laatste vijf jaar.
Ik vroeg hem wie dit bedacht had. “Mijn
accountant”, was zijn antwoord. Mijn
reactie was een domper voor hem: “Hoe
kun je zo’n slechte overnameformule
verzinnen?”

Piet was helemaal verbouwereerd. Ik
legde hem mijn reactie uit. De man zal
zichzelf ‘straffen’ als hij winst gaat
maken. Stel hij maakt helemaal geen
winst (wat het beste voor hem is!).

De eerste 40% koopt hij voor 40% x 0
euro winst x 5 jaar = nul euro en na deze
vijf jaar koopt hij dan de resterende 60%
aandelen ook voor nul euro. Er is name-
lijk geen winst gemaakt.

Lezers: toets elke overnameformule op
het feit of er sprake is van belangenver-
strengeling tussen koper en verkoper.
Alles wat er gebeurt, moet een gezamen-
lijk succes hebben.

Richard olde Hartman,
directeur Olde Hartman Advies,
overnamespecialist in de bouwnijverheid

Slechte
overnameformule

‘Toets elke
overnameformule
op belangen –
verstren ge ling’

57nr. 5 – September 2020 Aannemer

COLUMN

57_columnrichard.indd 57 21-08-20 14:14

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Met deze wekelijkse nieuwsbrief blijf je op de hoogte van de laatste ontwikkelingen in de bouw.