Aannemer 5 – 2021 – pag. 43

De te bouwen woning van een opdrachtgever krijgt anker­
loze spouwmuren als woningscheidende wanden. Blijkt uit
de verkooptekening. Er is één ‘maar’: omdat wordt gebouwd
in aardbevingsgebied moet het casco voldoen aan de NPR
9998 ‘Aardbevingsbestendig bouwen’. Op verzoek van de
NAM kan de uitvoering van het casco nog worden gewijzigd.
En dat is precies wat er gebeurt. Het worden in het werk
gestorte massieve bouwmuren met extra wapening. Plus
een massief gewapende vloer.

Lucht- en contactgeluid
Drie maanden na oplevering klaagt de woningeigenaar over
de geluidwering. Of beter, het gebrek daaraan. Een dicht­
slaande deur bij de buren klinkt als een bom die afgaat en
gesprekken zijn letterlijk te volgen. Verschillende geluid­
metingen in de woning, uitgevoerd door beide partijen, zijn
echter eenduidig: de waarden voldoen aan de eisen uit het
Bouwbesluit. Wel plaatst de aannemer een circa 65 mm
dikke voorzetwand, maar die levert amper verbetering op.
Het geschil draait uit op een zaak.

Standpunten
De klant is zich ervan bewust dat de aanneemovereenkomst
een clausule bevat op grond waarvan de aannemer de con­
structie nog kon wijzigen. Maar die wijziging mag niet van
invloed zijn op de kwaliteit van de woning, zoals nu het
geval is. Een woning met een ankerloze spouwmuur heeft
immers een betere geluidsisolatie dan een woning voorzien
van massieve wanden, redeneert hij. Hij vordert een scha­
devergoeding van 20.000 euro.

Hem kan pas iets worden verweten als niet is voldaan aan
de geldende geluideisen, stelt de aannemer. De gemeten
waarden zijn conform Bouwbesluit en van andere geluid­
eisen is geen sprake.

Artikel 6
Artikel 6 van de Algemene Voorwaarden geeft aan binnen
welke grenzen de aannemer bevoegd is wijzigingen in het

bouwplan door te voeren. Kort gezegd: de noodzakelijkheid
daarvan moet bij de uitvoering blijken, mits de wijzigingen
geen afbreuk doen aan waarde, kwaliteit, uiterlijk, aanzien
en bruikbaarheid van de woning. De aanneemovereenkomst
bevat weliswaar een clausule die wijziging van de construc­
tie toestaat, maar ook dan geldt de inhoud van artikel 6.
Aldus de arbiter.

De wijziging was noodzakelijk. Daar is geen twijfel over.
Alleen levert uitvoering met een spouw in de regel een
betere geluidwering op dan uitvoering met massieve wan­
den. De gewijzigde uitvoering doet daarom afbreuk aan de
waarde en de kwaliteit van de woning. De aannemer mocht
de constructie niet wijzigen op deze manier. En waarom de
woning niet aardbevingsbestendig maken met een spouw­
muur?

Schadevergoeding
De geplaatste voorzetwand heeft het nadeel van de gewij­
zigde uitvoering niet weggenomen. Weliswaar is het onge­
wenste luchtgeluid minder geworden; het hinderlijke con­
tactgeluid is er nog steeds. Andere bouwkundige
oplossingen zijn er niet meer, dus krijgt de opdrachtgever
vervangende schadevergoeding. Maar niet de beoogde
20.000 euro. Hiervoor ontbreekt een deugdelijke onderbou­
wing. Gelet op het feit dat de geluidwering ook nu nog valt
in een klasse beter dan de minimumklasse vereist voor het
Bouwbesluit en het beperkte verschil in geluidsisolatie tus­
sen de aangeboden en geleverde constructie, stelt de arbi­
ter het bedrag vast op 2.500 euro.

De aannemer betaalt 50 procent van de proceskosten à
5.836,44 euro. De opdrachtgever – die in dit garantiegeschil
voor minder dan 75 procent in het ongelijk is gesteld – krijgt
de aanvraagkosten à 380 euro terug.

Een ankerloze spouwmuur als woningscheidende wand wordt na het
aangaan van de overeenkomst gewijzigd in een massieve betonnen muur.
Noodzakelijk, maar of de opdrachtgever het hinderlijke lucht- en
contactgeluid daarmee voor lief moet nemen? De arbiter doet uitspraak.

‘Een dichtslaande deur bij de buren
klinkt als een bom die afgaat’

43nr. 5 – September 2021 Aannemer

42-43_arbitrage.indd 43 19-08-21 16:28

Schrijf je in voor de nieuwsbrief

Met deze wekelijkse nieuwsbrief blijf je op de hoogte van de laatste ontwikkelingen in de bouw.