Aannemer – nummer 1 – 2017 – pag. 22
Alleen zomermortel?
Indien op het werk enkel met een normale mortel
(zomermortel) wordt gemetseld, geldt over het
al gemeen dat de temperatuur in de verse mortel niet
onder de 0 ˚C mag komen. De chemische reactie van
cement met water staat nagenoeg stil bij temperaturen
onder 5 ˚C. Het gevolg hiervan is dat er nagenoeg
geen sterkteontwikkeling plaatsvindt. Bevriezing kan
vervolgens tot vorstschade leiden. Om deze redenen
adviseert de Nederlandse mortelindustrie maatregelen
te treffen als de verwachte gemiddelde temperatuur
tussen 9.00 uur ’s ochtends en 9.00 uur de volgende
ochtend lager zal zijn dan 4 °C of als er ’s nachts vorst
wordt verwacht. Het verse metselwerk moet dan
worden beschermd tegen vorst en uitdroging. Metsel-
stenen en metselmortel moeten altijd vorstvrij worden
verwerkt!
KNB infoblad 35 (februari 2016) ‘Vorst’
vermeldt het volgende: “Bevriezen
van ‘vers’ metselwerk kan tot aan-
zienlijke schade leiden. Geadviseerd
wordt bij het metselen beschermende
maatregelen te nemen bij lucht-
temperaturen lager dan 0 ºC. Dek
tassen bakstenen zodanig af, dat er
geen ijsvorming in de steentassen
optreedt. Diverse producenten van
mortels brengen producten op de
markt die het mogelijk maken ook bij
vorst te metselen (tot circa -5 °C). Volg
bij gebruik van prefab metselmortel
altijd de specifieke aanwijzingen van
de metselmortelproducent op.”
Het onderwerp vorst is ook behandeld
tijdens een bijeenkomst van het ken-
nisnetwerk baksteenmetselwerk. Hier-
uit is een publicatie ontstaan met de
titel Vorst, waarin het volgende is
opgenomen:
“Het metselbedrijf kan door het
nemen van de juiste maatregelen
zorgen dat er onder behoorlijk koude
omstandigheden toch verantwoord
kan worden doorgewerkt. Aanbevolen
wordt vooraf een plan van aanpak op
te stellen en dat met de betrokken
partijen te bespreken. Voor het al dan
niet doorwerken bij vrieskou is het
vaak de mens die maatgevend is. Bij
een gevoelstemperatuur lager dan
-6 ˚C mogen werknemers die onder
de bouw-cao werken, het werk
neerleggen. Let op: het gaat om de
gevoelstemperatuur en daarbij speelt
niet alleen de temperatuur, maar ook
de wind een rol.”
Mortel: zomer- en winterkwaliteit
De producenten van metselmortels
onderscheiden vaak een zomer- en
een winterkwaliteit. De overschakeling
wordt door de producenten auto-
matisch doorgevoerd en niet met
name vermeld. Daarnaast worden
speciale vorstmortels op de markt
gebracht. Vaak wordt bij een (ver-
wachte) dagtemperatuur van 5 ˚C of
lager door metselbedrijven al geanti-
cipeerd en overgeschakeld op het
gebruik van vorstmortel om risico op
vorstschade (zonder andere aanvul-
lende maatregelen) tijdens de nacht te
beperken en doorwerken in geval van
verdere temperatuurdaling mogelijk te
maken.
Metselen bij bevriezing van het water
in de mortel is onmogelijk, omdat er
dan geen water aanwezig is voor de
chemische reactie (hydrateren) van de
mortel. Bij metselen onder lage tem-
peraturen zal de aanvangssterkte van
het metselwerk behoorlijk laag zijn.
Hoe hoger de temperatuur hoe beter
de sterkteontwikkeling, hoe sneller
het metselwerk kan worden opgetrok-
ken.
Speciale vorstmortels
De Nederlandse mortelindustrie is
van mening dat uit technisch oogpunt
de volgende randvoorwaarden bij
gebruik van speciale vorstmortels
gelden:
• Overdag moet de temperatuur in
de mortel gedurende een lange tijd
(circa 8 uur) ≥ 3 ˚C zijn;
• Gedurende de aansluitende nacht
mag de temperatuur in de mortel
niet beneden de -5 ˚C dalen;
• Wanneer risico bestaat dat deze
temperaturen worden onderschre-
den, moeten dus beschermende
maatregelen worden genomen;
• Aangezien de mortel binnen circa
2 minuten de temperatuur van de
stenen aanneemt, betekent dit dat
de stenen ook niet koud mogen zijn
(advies ≥ 10 ˚C). Dit kan door de
stenen bij koude omstandigheden
bijvoorbeeld binnen of in verwarmde
bigbags op te slaan. De stenen moe-
ten droog zijn en ijsvorming dient te
worden voorkomen;
• Bij lage temperaturen moet de
specie verwarmd zijn (bijvoorbeeld
door gebruik van verwarmd water);
• Doorstrijken en voegen bij vriezend
weer wordt ontraden, omdat het
risico op vlekvorming groot is en het
kleurverschil achteraf haast niet
ongedaan kan worden gemaakt,
omdat reiniging niet helpt;
• Aangezien bij koud weer de binding
van de mortel traag verloopt, is het
metselwerk langer gevoelig voor
weersomstandigheden en zal de
maximale stapelhoogte bij ver-
werking veel minder zijn. Dat maakt
het in de praktijk vaak noodzakelijk
om het metselwerk meer in de
lengte van het werk te realiseren.
Vaak wordt bij een (verwachte) dagtemperatuur van 5 ˚C of lager door metsel bedrijven al
geanti cipeerd en over geschakeld op het gebruik van vorstmortel.
24 Aannemer januari 2017
22-23-24_metselen.indd 24 11-01-17 13:14